Andrew Bespalko

08-04-1999 – 24-02-2022

Dag lieve Andrew

Bye sweet Andrew

Het was 2017. Op een datingsite viel een foto op van een jonge man. Hij leek kwetsbaar. En zijn profieltekst verraadde een zware jeugd. Ik schreef hem “Life has not been treating you very well”. Niet veel later troffen we elkaar op het centraal station. Tegen de tijd dat je vanuit mijn huis weer naar je airbnb zou gaan, vroeg ik met wie je contact had. Je antwoord sneed door mijn ziel. Niemand. Je telefoon was leeg, Geen namen en geen telefoonnummers. De ultieme eenzaamheid.

Ik vroeg je de nacht te blijven. En er kwam nog een nacht. Op mijn verzoek haalde je je weinige spullen die in 1 tas paste op. Andrew werd onderdeel van mijn leven.

Langzaam leerde ik je achtergrond en je korte geschiedenis kennen. Die stemde niet tot vrolijkheid. Armoede, mishandeling – mentaal en fysiek – miskenning en uitbuiting. Gebrek aan liefde en veiligheid. Het heeft je getekend. En zoals vandaag blijkt, onherstelbare schade aangericht. Je vlucht van huis had je nauwgezet voorbereid. Niets aan het toeval overlatend. Je eindigde in Moskou waar je een jaar lang in de bouw werkte en je jezelf ‘s avonds in slaap huilde. Je keerde terug naar Ukraine maar kon je draai niet vinden. Nadat je visa voor Engeland en Amerika was afgewezen besloot je naar Nederland te reizen. Het geld dat je via crypto en beetje stout gedrag had verdiend, zou besteed worden aan AirbnB’s totdat het op zou zijn. En dan zou je uitstappen. Bij jou was de dood als oplossing voor de misère die je voelde nooit ver weg. Sterker, je hebt me zelfs verteld dat je jezelf onnozel vond dat je de dood als oplossing niet veel eerder had gezien.

De eerste maanden van jou in mijn leven waren niet altijd makkelijk. Het duurde lang voordat je vertrouwen had. Ik zie nog de totale paniek in je ogen en je verstijfde lichaam toen je per ongeluk met je voet tegen een vaas stootte die stuk ging. Ik zag het. Jouw realiteit was dat je nu ongenadig aangepakt zou worden, je realiteit werd dat iemand je een knuffel gaf, zei dat het maar stuk glas was en je uitnodigde om het samen even op te ruimen. En zo waren er meer momenten die langzaam maar zeker het vertrouwen gaf dat je bij mij veilig kon zijn.

Dat ik niet veilig bij jou kon zijn heb je in het begin met volle overtuiging proberen over te brengen. Je was immers een psychopaat, een dief die mijn huis zou leegroven, een manipulator en leugenaar. Het was niet wat ik zag in je ogen. En dus legde ik twee afspraken op:

  • Je hoeft niets te doen om bij mij te mogen zijn
  • Er is niets wat je kunt doen waardoor ik je weer weg stuur

Deze twee afspraken vormden een onmisbaar fundament om je een gevoel van veiligheid te geven. Dat er een plek is waar je niet bang hoeft te zijn en waar je veilig bent. Het duurde een lange tijd voordat je het begon te geloven, dat dat inderdaad mogelijk was. Je had het nooit gekend.

Onvoorwaardelijk er voor iemand willen zijn is voor mij geen loos begrip.

We gingen uit eten, we gingen naar musea, we bezochten plaatsen in Nederland. Je leek op te leven. Ik heb er mooie foto’s van. Je lacht. Maar de pijn bleef, het verlangen naar de dood ook. Eindeloze gesprekken voerden we er over.

In die gesprekken leerde ik hoe ongelooflijk slim je bent. Hoogbegaafd zo je wilt. Engels leerde je door Youtube te kijken. Op mijn vraag hoe je enorme woordenschat was ontstaan, zei je dat je de top 2000 meest gebruikte Engelse woorden had gegoogled en deze uit je hoofd had geleerd. Tja. Dat is Andrew. Maar je slimheid stond je ook in de weg. De levensvragen die je had, kregen antwoorden die op z’n zachts gezegd niet behulpzaam waren. Dat je geboren wordt en dan een gebroken leven krijgt met lijden, vond je een absurditeit. Alsof je een kapotte computer zou aanschaffen. Dat het leven het doel is en niet een middel, ging er ook niet bij je in. Dat vond je maar het denken van normies. Ik durf van mezelf te stellen dat ik toch niet heel dom ben, maar jouw argumenten op de levensvragen, je had eigenlijk wel gelijk. Maar het was volstrekt onbehulpzaam, dus hebben wij normies onszelf daartegen beschermd. Het doet pijn dat dat voor jou dat geen optie was.

Sociale conventies waren ook niet aan je besteed. Als ik weer eens thuiskwam van een reis, vroeg je nooit hoe het was. Want hoezo is dat relevant in jouw leven? Tot die ene keer, toen je het vroeg. Hoe was het? Ik maakte een vreugdedansje in mijn hoofd. Dat er op mijn antwoord “Gaaf, heb heel veel leuke dingen gedaan” niets meer kwam gaf niet. Want dat deel van het algoritme was blijkbaar nog niet geschreven. Reizen deed ik zeker voor Corona veel. Ik vroeg je hoelang ik weg kon blijven voordat het onaangenaam werd voor je. Elf dagen zei je. Daar heb ik me al die jaren aan gehouden. Elf dagen, niet langer, als het kan korter.

Je probeerde je dagen te vullen. Dat viel niet altijd mee. De eerste twee jaar nam je mijn boot. In de nacht, want dan zijn er geen mensen. De twee keer dat je met de politie in aanraking kwam, één keer voor een alcoholcontrole en één keer omdat de lampjes verkeerd omzaten, deden je vertrouwen groeien in de Nederlandse staat. Ik vond het maar raar. Een 19-jarig niet Nederlandstalig joch, met een dure boot, diep in de nacht. Maar jou gaf het vertrouwen en je voer erop los. Totdat je ineens stopte. Je had alle waterwegen gehad. Het project was klaar.

Toen kwam de fiets. Je was onzeker in het verkeer. Al die drukte. Het liefst ging je de stad uit. Daar waar de fietspaden recht en lang zijn en de mensen afwezig. De actieradius bleek beperkt. Nadat je de componenten had besteld stelde je je eigen e-bike samen. Het was je pronkstuk waarmee je talloze kilometers wegtrapte. Je kent de omgeving van Amsterdam nu beter dan ik. En ook nu had je een ervaring met de politie. Je werd staande gehouden, ik werd gebeld, de marechaussee. Ik schrok me wezenloos. De agent vertelde me dat je vrolijk aan het babbelen was met haar collega’s. In het Nederlands. Dat leek je wel zo handig vertelde je me later. Lang verhaal kort, deze jongen is zo kwetsbaar daar gaan we verder niks aan doen zo werd me verteld. Bij thuiskomst liet je me vol trots het schildje zien dat je van de agente had gekregen, die ze van haar pet had afgeschroefd. Een week later checkte de GGD of het goed met je ging en of er hulp nodig was. En weer een dag later stonden twee agenten op de stoep om na te gaan of je bij mij wel veilig was. Nederland was het enige land waar je nog wilde zijn.

Je leerde Arjen kennen. Het werd je enige echte vriend waar je graag naar toe ging. En als Arjen dan examen had voor zijn werk, vroeg ik je, heb je Arjen succes gewenst? Natuurlijk niet, zei je dan. Arjen is mijn vriend en hij weet dat ik hoop dat hij succesvol zal zijn. Ook dat is Andrew, rationeel tot op het bot. De ontvangst bij mijn zus en haar gezin heeft je geleerd wat een liefhebbende familie is. Je vond het heerlijk om daar onderdeel van uit te maken. Samen in Friesland, kerstmis en afgelopen jaar zelfs Sinterklaas. De eerste keer dat je alleen ging, belde je me halverwege op. Je wilde niet meer gaan. Niet omdat je niet bij de familie Poppens wilde zijn, maar omdat je bang was ze tot last te zijn.

Andrew, jij bent de enige persoon die ik in mijn leven ken en heb gekend die nog nooit iemand tot last is geweest. Je was een aanwinst, een genot om dicht bij je te hebben, om samen dingen te doen. Het doet pijn dat je dat nooit hebt kunnen zien. En dat geld voor zoveel mensen, van de buren die je tegenkwam op de gang en met wie je een praatje maakte, of met de familie Mreijen in Norg of tijdens kerst als je met Casper speelde.

Thuis, want zo voelde dat na verloop van tijd voor je, werden we een geoliede machine. Ik het koken, jij de vaatwasser. Ik maakte de rommel, jij zorgde voor het afval. Als ik naar bed ging kwam je even naar mijn kamer toe. Kwam je op mijn dekbed liggen, ik hield je dan even vast, gaf je een knuffel en na 2-3 minuten was het goed. Een kus en weg was je weer. Helaas al te vaak naar een lange nacht waar je de slaap maar niet kon pakken. De verveling was immens.

Op mijn uitnodigingen om hulp te regelen ging je niet in. Ik wilde het niet toegeven, maar je had een punt. Leren omgaan met alle ongemakken, wat is daar het nut van? Je doodswens bleef, je was er alleen nog niet aan toe om te sterven. We spraken er vaak over. De laatste tijd wist ik dat het niet goed zat. Je was rustiger, je gebruikte je laptop minder vaak en je had haast met dingen doen. Zoals het parachutspringen met Rick, een kleine twee weken voor je dood, wat het hoogtepunt van je leven is geworden. Je vond het geweldig. Het vooruitzicht om een brevet te halen, daar was je enorm enthousiast over. Maar het maakte uiteindelijk geen verschil.

Lieve Andrew. Vorige week woensdagnacht belde je me. Je was bang, verdrietig en timide. Je was bang om te sterven. We hebben ruim een uur gesproken. Je was niet meer thuis. Het was onze afspraak. Ik wist wat het betekende. Mijn laatste sms’jes heb je niet meer gezien. Had het uitgemaakt? Wellicht. Of ook niet. Ik zal het nooit weten.  Donderdagochtend zes uur werd ik wakker. Ik voorvoelde wat me later op donderdagavond zou worden bevestigd. De zwaarste periode in mijn leven is aangebroken. Ik heb mijn zoon verloren. Want dat was je voor mij en mijn omgeving geworden: mijn zoon. De onvoorwaardelijke liefde zoals je die voor je eigen kind voelt, dat was wat je bij mij hebt losgemaakt. Ik ben je daar eeuwig dankbaar voor.

Je onbegrip voor sociale conventies, je originele kijk op het leven, je hoogbegaafdheid en de gruwelijke jeugd die je hebt gehad terwijl je hersenen zich ontwikkelde bleken een giftige cocktail te zijn. Mijn hoogste doel was je veiligheid te bieden. Een plek waar je niet bang hoefde te zijn. Een half jaar geleden kwam je ineens naar me toe. Je bedankte me dat ik voor je zorgde. Het waren nu twee dansjes in mijn hoofd. We hebben veel gesprekken gevoerd. De veiligheid die ik je bood hield ook in dat ik je keuzes respecteerde. Want zonder dat respect voor eigen keuzes, gaat de veiligheid kapot.

Lieve Andrew. Je hebt je keuze al lang geleden gemaakt. En vorige week was je er klaar voor. Je hebt het proces doorlopen zoals ik dat van je ken. Vrij van drama, goed voorbereid, niets aan het toeval overlatend en met respect voor de mensen om je heen of die je zouden vinden. Je laat een immens verdriet achter. En dat wist je. Maar dat, zo stelde je, is geen reden dan zelf maar je leed in het leven mee te torsen. En je hebt gelijk.

Dank je wel dat je in mijn leven kwam. Dank je wel dat je mijn zoon wilde zijn. Je hebt je doel, de staat van eeuwigdurende onbewustzijn bereikt. Rust zacht mijn lieve jongen. Ik hou van je.

It was 2017. On a site, a photo of a young man caught my eye. He seemed vulnerable. And his profile text betrayed a tough childhood. I wrote to him “Life has not been treating you very well”. Not much later we met at the central station. By the time you were about to leave my house for your airbnb, I asked you who you were in touch with. Your answer cut through my soul. No one. Your phone was empty, no names and no phone numbers. The ultimate loneliness.

I asked you to stay the night. And another night came. At my request, you picked up the few things that fit into one bag. Andrew became part of my life.

Slowly I got to know your background and your short history. It was not a happy one. Poverty, abuse – mental and physical – denial and exploitation. Lack of love and security. It has marked you. And, as it turns out today, caused irreparable damage. You had meticulously prepared your escape from home. Leaving nothing to chance. You ended up in Moscow where you worked in construction for a year and cried yourself to sleep at night. You returned to Ukraine but could not find your feet. After your visas for England and America were rejected, you decided to travel to the Netherlands. The money you had earned through crypto and a bit of naughty behaviour, would be spent on Airbnbs until it would be gone. And then you would get out. With you, death as a solution to the misery you felt was never far away. In fact, you even told me that you considered yourself foolish for not seeing death as a solution much earlier.

Your first months in my life were not always easy. It took a long time to gain your trust. I can still see the utter panic in your eyes and your stiffened body when you accidentally bumped your foot into a vase that broke. I saw it. Your reality was that you would now be dealt with mercilessly, your reality became that someone gave you a hug, said it was just a piece of glass and invited you to clean it up together. And so there were more moments that slowly but surely gave you the confidence that you could be safe with me.

In the beginning, you tried to convey with all your conviction that I could not be safe with you. After all, you were a psychopath, a thief who would rob my house, a manipulator, and liar. It was not what I saw in your eyes. And so I made two commitments:

– You don’t have to do anything to be with me

– There is nothing you can do that will make me send you away again.

These two agreements formed an indispensable foundation for giving you a sense of security. That there is a place where you do not need to be afraid and where you are safe. It took a long time before you began to believe that this was indeed possible. You had never known it.

Wanting to be there for someone unconditionally is not an empty concept to me.

We went out for dinner, we went to museums, we visited places in the Netherlands. You seemed to be alive. I have beautiful photos of you. You were smiling. But the pain remained, so did the longing for death. We had endless conversations about it.

In those conversations I learned how incredibly smart you are. Highly gifted, if you like. You learned English by watching Youtube. When I asked you how your huge vocabulary came about, you said that you had googled the top 2000 most used English words and had learned them by heart. Well, yeah. That’s Andrew. But your cleverness also got in the way. The life questions you had got answers that were not helpful, to say the least. That you are born and then given a broken life with suffering, you found an absurdity. Like buying a broken computer. The fact that life is the goal and not a means did not go down well with you either. You thought that was just the thinking of normies. I dare say I’m not very stupid, but your arguments on the questions of life, you were actually right. But it was completely unhelpful, so we normies protect ourselves from it. It hurts that that was not an option for you.

Social conventions were not for you either. When I came home from a trip, you never asked how it was. Because how is that relevant in your life? Until that one time, when you asked. How was it? I made a dance of joy in my head. That my answer “Cool, did a lot of fun things” was not followed by anything else didn’t matter. That part of the algorithm had apparently not been written yet. I travelled a lot, especially before Corona. I asked you how long I could stay away before it became unpleasant for you. Eleven days, you said. I’ve kept to that all these years. Eleven days, no longer, shorter if possible.

You tried to fill your days. It was not always easy. The first two years you took my boat. At night, because there are no people around. The two times you came into contact with the police, once for an alcohol check and once because the lights were on the wrong side, made you trust the Dutch state more. I thought it was strange. A 19-year-old non-Dutch-speaking kid, with an expensive boat, deep in the night. But it gave you confidence and you sailed away. Until you suddenly stopped. You had seen all the waterways. The project was finished.

Then came the bicycle. You were uncertain in traffic. All that hustle and bustle. You preferred to leave the city. Where the cycle paths are straight and long and the people are absent. The range was limited. After you had ordered the components, you put together your own e-bike. It was your showpiece, with which you pedalled countless kilometres. You know the Amsterdam area better than I do. And again, you had an experience with the police. You were stopped, I was called by the MPs. It scared me senseless. The officer told me that you were chatting happily with your colleagues. In Dutch. You told me later that you thought it would be handy. Long story short, this boy is so vulnerable, we’re not going to do anything about it so I was told. When you came home, you proudly showed me the shield that the policewoman had given you, which she had unscrewed from her cap. A week later, the Municipal Health Service (GGD) checked whether you were doing well and whether help was needed. And another day, two policemen were at your doorstep to check whether you were safe with me. The Netherlands was the only country where you still wanted to be.

You got to know Arjen. He became your only real friend, who you loved to go to. And when Arjen had his work exam, I would ask you: did you wish Arjen luck? Of course not, you said. Arjen is my friend and he knows that I hope he will be successful. That’s Andrew too, rational to the bone. The reception at my sister’s house and her family taught you what a loving family is. You loved being part of it. Together in Friesland, Christmas and last year even Sinterklaas. The first time you went on your own, you called me halfway. You did not want to go. Not because you didn’t want to be with the Poppens family, but because you were afraid to be a burden to them.

Andrew, you are the only person I know and have known in my life who has never been a burden to anybody. You were an asset, a joy to be around, to do things together. It hurts that you were never able to see that. And that goes for so many people, from the neighbours you met in the corridor and with whom you had a chat, or with the Mreijen family in Norg or during Christmas when you played with Casper.

At home, because that’s how it felt to you after a while, we became a well-oiled machine. I did the cooking, you did the dishwashing. I made the mess, you took care of the rubbish. When I went to bed you would come into my room. You would lie on my duvet, I would hold you, give you a cuddle and after 2-3 minutes it was fine. A kiss and you were gone. Unfortunately, all too often into a long night where you couldn’t catch a wink of sleep. The boredom was immense.

My invitations to arrange help were ignored. I didn’t want to admit it, but you had a point. Learning to cope with all the discomforts, what’s the point? Your death wish remained, you just weren’t ready to die. We often talked about it. Lately I knew it wasn’t right. You were calmer, you used your laptop less often and you were in a hurry to do things. Like the skydiving with Rick, just two weeks before your death, which became the highlight of your life. You loved it. The prospect of getting a licence, you were very excited about that. But it made no difference in the end.

Dear Andrew. Last Wednesday night you called me. You were scared, sad and timid. You were afraid to die. We talked for over an hour. You were no longer at home. It was our appointment. I knew what it meant. You didn’t see my last text messages. Had it mattered? Maybe. Or not. I’ll never know.  Thursday morning six o’clock I woke up. I anticipated what would be confirmed to me later on Thursday evening. The hardest period of my life has begun. I have lost my son. Because that is what you had become to me and to those around me: my son. The unconditional love that you feel for your own child was what you released in me. I am eternally grateful to you for that.

Your lack of understanding of social conventions, your original outlook on life, your giftedness and the horrible childhood you had while your brain was developing proved to be a poisonous cocktail. My highest aim was to offer you safety. A place where you did not have to be afraid. Six months ago you suddenly came to me. You thanked me for taking care of you. It was now two dances in my head. We had many conversations. The security I offered you also meant that I respected your choices. Because without that respect for your choices, safety breaks down.

Dear Andrew. You made your choice a long time ago. And last week you were ready for it. You went through the process the way I know you to go through it. Free of drama, well prepared, leaving nothing to chance and respecting those around you or who would find you. You leave behind an immense sadness. And you knew that. But that, you said, is no reason to carry your own suffering into life. And you are right.

Thank you for coming into my life. Thank you for wanting to be my son. You have reached your goal, the state of eternal unconsciousness. Rest in peace my sweet boy. I love you.

Denk je aan zelfmoord? Praat erover. Bel 0800-0113 of chat via 113.nl. 24/7 open, anoniem en vertrouwelijk.